College Toer: Geschiedenis van de Hondsrug

De Hondsrug: je hebt er vast over gehoord. Of misschien wóón je er wel op! Het is een langgerekte heuvelrug in het landschap tussen Groningen en Emmen. Maar weet jij ook hoe dit gebied is ontstaan? Wist je dat de laatste twee ijstijden belangrijk zijn geweest? Dat er heel lang geleden nijlpaarden rondliepen? En mammoeten? In het gebied zijn veel vondsten gedaan zodat we nu weten welke dieren en mensen er gewoond hebben. Het gebied is zo bijzonder dat het sinds 2015 de status UNESCO Global Geopark draagt. Leer er alles over!

  • Megaflutes!

    150.000 - 130.000 jaar geleden

    Ruggen Hondsrug

    Aan het einde van de Saale-ijstijd schoof veel ijs vanuit het Noordzeegebied over Drenthe en Groningen heen. Het liet kaarsrecht lopende ruggen en laagtes in het landschap achter. De grote ruggen noemen we 'megaflutes', dit komt van het Engelse woord 'flute' (ribbel of groeve). Na het smelten van het ijs bleef een keileemvlakte achter met heel veel zwerfkeien.

  • Nijlpaarden?

    130.000 – 110.000 jaar geleden

    Je leest het goed, nijlpaarden! Een relatief korte, maar ook tropisch warme periode volgde (het Eemien). Dieren als nijlpaarden, bosolifanten en damherten voelden zich thuis op de Hondsrug. Walrussen en beloega's spartelden rond in het ondiepe water. Je kunt het je bijna niet voorstellen.

  • Geen landijs, wel érg koud

    110.000 - 11.500 jaar geleden

    In de Weichsel-ijstijd hadden we geen ijs op het land, maar het was hier wél erg koud. Het Hondsruggebied was een eindeloze kale toendra met zandstormen en stuifzand. Stromend water onder de bevroren grond veroorzaakte pingoruïnes, die we nu nog terugzien in het landschap. Er leefden hier mammoeten en wolharige neushoorns. Het wild trok jagers aan, waaronder Neanderthalers.

  • Rendierjagers

    15.000 - 10.000 jaar geleden

    Een mammoet.

    Die eerste jagers en verzamelaars trokken door het gebied. Er was een toendraklimaat en voedsel in overvloed: wild, vis en eetbare planten. Grote kuddes rendieren trokken door het open landschap en vormden een prima prooi voor de nomadische jagers.

  • Bos

    10.000 – 5000 jaar geleden

    Het werd warmer en vochtiger in Drenthe. De hogere ruggen raken begroeid met dichte oerwouden, terwijl er zich veen vormt in de laaggelegen gebieden. Met name ten oosten en ten zuiden van de Hondsrug ging het om metersdikke pakketten hoogveen.

  • Hunebedbouwers

    3400 – 2800 v.Chr.

    Hunebedbouwers moderne illustratie

    Hunebedden zijn grafmonumenten, gemaakt van enorme zwerfstenen uit de Saale-ijstijd. Het Trechterbekervolk gebruikte ze als grafkamers voor hun doden. Van de 52 Nederlandse hunebedden liggen er 47 in het Hondsruggebied. De meeste óp de Hondsrug zelf. Hoe bekend ook; de hunebedden werden maar een korte periode gebouwd. Al na ongeveer 500 jaar verdwenen de Hunebedbouwers van het toneel. 

  • Grafheuvels

    2850 v.Chr. – 0

    Grafheuvel

    Grafheuvels werden later gemaakt. Wanneer iemand was begraven, legden ze er plaggen en aarde bovenop. Waarschijnlijk lagen er meerdere mensen begraven in één grafheuvel. Weer wat later in de tijd werden de doden gecremeerd. Op de plek van de crematie werd ook een heuvel gemaakt: een brandheuvel. Soms kwam er een krans van palen of een sloot om de grafheuvel heen.

  • Celtic fields

    1000 - 0 v.Chr.

    Celtic field Balloërveld

    Naast hunebedden en de verschillende types grafheuvels, zijn celtic fields (raatakkers) de enige zichtbare restanten uit de Drents-Groningse prehistorie. Het zijn blokvormige akkers, omgeven door lage aarden walletjes, waarin ook huisjes stonden. Ze zijn aangelegd in de late bronstijd en de ijzertijd.

  • Esdorpen

    800 - 1200

    Dorpsaanzicht met boerderijen en een kerktoren.

    Esdorpen zijn verspreid over heel Drenthe te vinden, maar nergens zo systematisch gepositioneerd als hier. Aan de zijkanten van de Hondsrug vormen ze een snoer. Hoog en droog op de rug, maar wel vlakbij water in de beekdalen. De essen (akkers) van de dorpen liggen vaak ten zuiden en/of noorden van de dorpskern. In andere esdorpen waren vaak ook nog een west- en/of oost-es.

  • Van bos naar heide

    1200 - 1700

    Mensen in het Hondsruggebied waren ondernemend. De export van wol, vlees, keien naar het westen kwam flink op gang. Het aantal schapen explodeerde! Hierdoor breidden de heidevelden en zandverstuivingen zich uit, ten koste van de laatste Middeleeuwse bossen. Misschien zie je nog wel karresporen op de Hondsrug, die Groningen en Coevorden verbond met plaatsen in het zuidwesten van Drenthe.

  • Veenontginning

    1250 - 1940

    Aan het oosten van de Hondsrug lag het Bourtanger Moor: een uitgestrekt hoogveengebied. In de Middeleeuwen werd het veen al kleinschalig ontgonnen. Later begon men vanuit het noorden met de ontginning van het resterende veen. Zo ontstond er een veenkoloniaal landschap langs de Hondsrug. Na 1600 werd de afgraving grootschalig en commercieel aangepakt door veencompagnieën en ontstonden er veenkoloniën. 

  • Bommen Berend

    1672

    Bommen Berend

    Bisschop Bernhard van Galen (een Duits krijgsheer) neemt Coevorden in en trekt met zijn legers moordend en plunderend over de Hondsrug. De stad Groningen houdt stand en uiteindelijk druipt Bommen Berend weer af. Het Gronings ontzet wordt nog steeds elk jaar gevierd op 28 augustus.

  • Kunstenaars

    18e & 19e eeuw

    Herder met schapen - kunstenaars op de Hondsrug

    Kunstschilders zoals Vincent van Gogh, Liebermann en Van Drielst zagen allang de aantrekkelijkheid van Drenthe! Het oog van de kunstenaar zag iets wat anderen ontging: ‘droefgeestige schoonheid, oasen van schilderachtigheid, een gamma van fijne grijzen, eenvoud en majesteit, melancholie en drama, een geheimzinnige stilte die het hart bijna beklemt’. 

  • Van heide naar bos

    Eind 19e – begin 20e eeuw

    Een bos met naaldbomen en een met mos bedekte grond.

    Nu is het niet meer weg te denken, maar halverwege de 19e eeuw bestond nog maar 2% van Drenthe uit bos. De meeste boswachterijen zijn aangeplant tussen 1915 en 1950, vooral door vele werklozen die toen aan het werk moesten. De bossen hebben een planmatige aanleg, met veel zand- en keienwegen en vierkante bosvakken.

  • Theorieën

    19e – 20e eeuw

    Lang was onduidelijk hoe de Hondsrug is ontstaan. In de 19e eeuw werd duidelijk dat ijstijden een grote rol hebben gespeeld. In eerste instantie dacht men aan een serie stuwwallen. Pas vanaf 1980 begon men in te zien dat de ruggen ónder het landijs waren ontstaan door een snelstromende 'ijsrivier', die zich van noordwest naar zuidoost door Drenthe ploegde.

  • UNESCO Global Geopark

    2015

    UNESCO logo klein

    Sinds 2013 is het Hondsruggebied een Global Geopark. Deze status is alleen voor gebieden die zich inspannen om de bijzondere kwaliteiten van de geologie en het daaruit voortvloeiende cultuurlandschap te behouden, te versterken en uit te dragen. UNESCO ondersteunt het netwerk van Geoparken en heeft daarom in 2015 alle 120 Geoparken in de wereld ook de UNESCO-status gegeven. Het Hondsruggebied mag zich daarmee (met trots) een UNESCO Global Geopark noemen. 

Ontdek zelf alles over het ontstaan van de Hondsrug

Blijf op de hoogte

Ontvang maandelijks de leukste tips en inspiratie uit de Oerprovincie van Nederland.

Schrijf je in!